Gemeente Lelystad: ‘Het raadsakkoord is een oplossing voor versplintering en polarisatie’
Lelystad is een van (weinige) gemeenten waar ze sinds de gemeenteraadsverkiezingen van 2022 werken met een raadsakkoord in plaats van het traditionele bestuursakkoord. Is het een noodoplossing of is het een (mogelijk) duurzame oplossing? Fractievoorzitter Marco Boogaard (VVD) en wethouder Sjaak Kruis (GroenLinks) vertellen in de podcast die Overheid van Nu maakte op de Dag van het Bestuur 2025 over totstandkoming en werking van raadsakkoord. ‘Het dualisme komt nu beter tot uiting dan in een traditionele oppositie-coalitiesetting.’

Het was kort voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2022. De gemeenteraad van Lelystad telde ergens tussen de veertien en zestien partijen (op 35 zetels) - afhankelijk van of je rekening hield met de nodige afsplitsingen. Door polarisatie en politieke versplintering was Lelystad al geruime tijd politiek en bestuurlijk praktisch stuurloos geworden. Wethouder Sjaak Kruis ging bij zichzelf te rade.
Kruis: ‘Ik was acht jaar fractievoorzitter geweest van GroenLinks en besloot: ik stop ermee, dit is niet effectief en productief meer. Toen kreeg ik een afscheidsinterview bij Omroep Flevoland met de vraag: kan het ook anders? Daar ging ik toen over nadenken en schetste daar voor mezelf wat contouren bij.’
De dag na het interview wordt Kruis benaderd door collega Dennis Grimbergen (VVD). Deze heeft het interview gehoord en zegt: laten we ’s doorpraten. Zo ontstaat er een groepje fractievoorzitters dat kort voor de verkiezingen die contouren uitwerkt in een concept-raadsakkoord, dat vervolgens kort na de verkiezingen wordt aangeboden aan de nieuwe gemeenteraad.
‘Ik had net besloten: ik stop ermee – dit is niet effectief en productief meer’
Wat behelsde dat?
Kruis: ‘Dat het raadsakkoord zou worden gemaakt door de raad zelf en niet door een of andere veraf staande formateur. Dat de raad zelf het college zou benoemen. En dat er ook een niet-akkoord moest komen, waarin staat vastgesteld waar de raad het niet over eens is.’
De procedure was dat de gemeenteraad wethouderprofielen vaststelde en dat partijen op basis van die profielen kandidaten konden leveren. Vervolgens werd er door een raadsbrede sollicitatiecommissie een gewone sollicitatieprocedure gevolgd. Daaruit kwam een ‘collegeteam’ voort, het equivalent van het traditionele B&W.
Marco Boogaard: ‘Er kon dus geen partijpolitiek worden bedreven. We zochten eenvoudigweg naar de beste mensen voor dit collegeteam. Ook in de praktijk blijkt het te werken. We kijken niet meer naar de poppetjes en de vaste tegenstelling oppositie-coalitie. We kijken in plaats daarvan naar de inhoud. Elk raadslid kan vanuit de inhoud meepraten en wordt gehoord.’
Kruis: ‘Je hebt daarbij wel het raadsakkoord als het verbindende stuk. Aanvankelijk was ik bang dat het raadsakkoord een kleurloos en onduidelijk verhaal zou worden – te veel gemene deler. Maar het is toch echt een scherp stuk met duidelijke doelstellingen geworden. Op basis daarvan voer je het gesprek. Natuurlijk probeert iedereen het een beetje naar zijn kant te trekken, maar dat is het gewone en gezonde politieke debat. En dat vindt in alle scherpte plaats.’
‘Aanvankelijk was ik bang dat het raadsakkoord een kleurloos en onduidelijk verhaal zou worden’
Hoe is deze werkwijze voor jullie als wethouders?
Kruis: ‘Harder werken. Je hebt niet meer een vaste meerderheid waar je op kunt rekenen; je moet die meerderheid iedere keer verdienen. We gaan veel bij de verschillende fracties langs. Het vraagt veel inzet van de wethouders, maar het werkt tot nu toe goed.’
Boogaard: ‘Het dualisme komt nu beter tot uiting dan in een traditionele oppositie-coalitiesetting.’
‘Er is bij andere gemeenten weinig ruimte in de hoofden om zoiets als een raadsakkoord een kans te geven’
Het raadsakkoord van Lelystad is het niet het enige in zijn soort – meer gemeenten werken ermee. Wisselen die hun ervaringen uit?
Kruis: ‘Wij hebben best veel belangstelling gehad, ook van de landelijke pers. Maar er wordt weinig uitgewisseld. Je ziet dat er veel angst is om met zo’n soort model te gaan werken. Veel misverstanden, weinig ruimte om hier eens vrij over na te denken. Dat is jammer. Democratie kent niet maar een manier, zo’n raadsakkoord laat zien dat het op meerdere manieren kan. We – Den Haag trouwens ook – zitten nog altijd heel erg vast in bepaalde frames. ‘
Boogaard: ‘In traditionele raden en colleges hoor je vaak: ik kom niet uit de verf, ik kan geen kleur bekennen. Hier ervaar je dat dat wel kan. Je kunt met een motie of amendement langs de velden gaan en dan een meerderheid halen. En het college moet dat dan gewoon uitvoeren.’
‘Bij blijvende versplintering is een raadsakkoord een duurzame oplossing’
Is dit een structurele of een noodoplossing?
Kruis: ‘Als er straks na de verkiezingen (van 2026, red.) weer meer dan tien partijen zijn, dan is dit een manier waarop je recht kunt doen aan de politieke veelkleurigheid en kun je ook een bestuurbare stad met consistentie in het beleid hebben.’
Boogaard: ‘Eens. Maar als er straks vier of vijf partijen komen met een ruime meerderheid, dan is dat toch wel de gemakkelijkere oplossing. Daar ben ik eerlijk in.’