Lotfi el Hamidi: ‘Wees solidair, verdraagzaam en tolerant – het is de enige manier voor houvast in deze wereld’

Hoe krijgen we grip op de toekomst? Dat was de centrale vraag op de Dag van het Bestuur 2025. Het abstracte verhaal van de multiculturele samenleving heeft niet gewerkt, vertelde Lotfi el Hamidi, opinie-chef van NRC daar. ‘Maar op lokaal niveau, waar bestuurders en inwoners elkaar (kunnen) kennen, kan het wel. Lokale bestuurders moeten actief ruimte voor nuance creëren en buiten de lijntjes durven kleuren als dat nodig is.’

Lotfi el Hamidi
Beeld: ©Roderik Rotting

Hoe krijgen we grip in een wereld waarin de tegenstellingen tussen groepen burgers telkens worden uitvergroot? Tijdens het verdiepend college van Lotfi El Hamidi op de Dag van het Bestuur op 17 maart 2025 stond die vraag centraal. Met zijn boek ‘Generatie 9/11’ als leidraad en een groep ambtenaren en bestuurders als klankbord, zocht de zaal naar een tegengif voor onverdraagzaamheid.

Na afloop van het college – dat meer weg had van een bevlogen brainstorm – neemt El Hamidi de tijd om een en ander toe te lichten. In een vleugel waar momenteel een expositie te zien is over dekolonisatie (vandaag gesloten voor publiek) vertelt hij: ‘Grip kunnen we krijgen op lokaal niveau.’ De premisse? Volgens hem heeft het abstracte verhaal over de multiculturele samenleving en verschillende groepen die samen door één deur moeten, niet gewerkt. ‘Het is een generiek verhaal gebleven dat weinig recht doet aan de complexiteit en gelaagdheid van de situatie.’

‘Het abstracte verhaal van de multiculturele samenleving waarin iedereen samen door één deur moet, heeft niet gewerkt’

Hoe doe je wél recht aan de situatie?

‘Deze zaak moet in gemeenschappen zelf worden opgelost, door lokale bestuurders die eerlijk blijven uitleggen waarom dit nodig. Ruimte voor nuance moet je actief creëren, en dat kan juist op lokaal niveau, waar bestuurders écht weten wat er speelt.

De PVV ontdekt nu ook hoe complex regeren is. Ze willen sturen op dit thema, maar zijn altijd op wijkniveau totaal afwezig geweest in de samenleving. Grip en hoop liggen niet in abstracte oproepen over bijvoorbeeld de “buitengrenzen van Europa”, maar juist in nabijheid en lokaal handelen.’

‘Lokale bestuurders moeten in hun gemeenschappen kunnen uitleggen waarom de multiculturele samenleving nodig is’

Hoe zien die grip en hoop eruit?

‘Het is zoeken naar een verhaal waarin medemenselijkheid, verdraagzaamheid en tolerantie centraal staan. Dat klinkt heel muf, maar het is in mijn optiek de enige manier om houvast te vinden in deze wereld.

Je hoeft geen vrienden te zijn met die ene Syrische statushouder, maar je hoeft hem ook niet het leven zuur te maken om wie hij is. Er is daarin een middenweg door je fatsoenlijk te gedragen richting die ander. En dat mag je natuurlijk ook verwachten van die statushouder, al ben ik er wel van overtuigd dat het aan ons is om daarin het goede voorbeeld te geven.’

‘We zoeken naar een verhaal waarin medemenselijkheid, verdraagzaamheid en tolerantie centraal staan - klinkt muf, maar het is de enige manier om houvast te vinden in deze wereld’

Toch lijkt die bereidheid beperkt aanwezig bij burgers

‘Je moet niet verbaasd zijn dat het aan de onderkant van de samenleving misgaat wanneer de overheid zijn handen aftrekt van allerlei fundamentele taken – wat sinds de jaren negentig het geval was – en vooral de “systeem-winnaars”, mensen die wél zelfredzaam zijn, bevoordeelt.

Wat je ziet aan de onderkant, is dat men elkaar beconcurreert. De klassieke, witte arbeidersklasse werd op een gegeven moment vergezeld door nieuwe groepen migranten. Die begonnen, net als die eerste groep, aan de onderkant van de samenleving en moesten elkaar gaan beconcurreren op heel fundamentele zaken als woonruimte en werk. Dat gebrek aan grip, daar krijg je geen leuke mensen van. Als mensen op dat vlak om dezelfde stuiver moeten vechten, gaat het mis.’

Bovendien wonen zij vaak in dezelfde wijken

‘Inderdaad, ze zijn in die zin tot elkaar veroordeeld. Op een gegeven moment gaat het dan schuren. Het is funest om die schuring te negeren, ook in maatschappelijk opzicht. En de PVV heeft op dat onbehagen weten te kapitaliseren.’

‘Ik ben als journalist altijd op zoek naar verhalen die de blik verruimen en oproepen tot medemenselijkheid’

Hoe zie je jouw eigen rol in dit alles?

‘Ik denk dat het als journalist mijn taak is om de verhalen te vertellen die er leven in de samenleving, ook als die misschien minder mediageniek zijn. Een achterstandswijk is bijvoorbeeld niet alleen maar die achterstandswijk, al wordt het vaak wel zo afgeschilderd in de media.

De gemeente Rotterdam besloot een paar jaar geleden bijvoorbeeld dat de Tweebosbuurt gesloopt moest worden, zonder de bewoners te raadplegen. Die kwamen massaal in opstand omdat ze wisten wat hun buurt waard was – rasrotterdammers, nieuwkomers en alles daartussenin.

Van taalles bij tante Bep tot soep voor buren met geldproblemen, er gebeurde veel dat onzichtbaar was voor de buitenwereld, maar essentieel voor de gemeenschap. Zulke verhalen verruimen de blik en roepen op tot medemenselijkheid, dus daar ben ik als journalist altijd naar op zoek.’

‘De waarden verdraagzaamheid, solidariteit en tolerantie zijn niet ten dode opgeschreven’

Jij hebt een duidelijke visie op burgerschap, maar wat is jouw oproep aan de mensen die werken voor de overheid?

‘Mijn boodschap zou zijn dat de waarden die lange tijd hoog werden gehouden echt niet ten dode zijn opgeschreven. Verdraagzaamheid, solidariteit en tolerantie, dat zijn dingen die je met elkaar kunt doen en vervolgens ook mag verwachten van de ander. Er zit een zekere wederkerigheid in. Vanuit die basis moet je weer leren werken.

Tijdens corona zagen we dat kerken taken op zich namen die eigenlijk onder de verantwoordelijkheid van de overheid vallen. Kerken werden een soort “bezemwagen” van de samenleving. Zo zijn er veel meer partijen die zo’n rol vervullen op plekken in de samenleving waar niet alles zomaar vanzelf draait. Ik zou ambtenaren op het hart willen drukken daarvan te leren en zelf ook een beetje meer die bezemwagen te worden die de samenleving soms nodig heeft.’

‘Je moet als ambtenaar buiten de lijntjes kunnen kleuren en barmhartig zijn wanneer de situatie dat van je vraagt’

Hoe ben je die bezemwagen?

‘Dat vraagt om de moed om soms buiten de lijntjes te kleuren. Denk aan een bijstandsgerechtigde die bestraft wordt omdat een kennis haar boodschappen geeft – iedereen kan zien dat dit geen fraudeur is met een brievenbusfirma in de Caraïben. Je moet dus beschikken over een soort lenigheid om buiten de lijntjes te kunnen kleuren, barmhartig te kunnen zijn wanneer de situatie dat van je vraagt. Ik wil ambtenaren niet aansporen hun boekje te buiten te gaan, maar ik zou het hen gunnen soms iets meer te durven werken in de geest van de wet.’

Heb je het dan over de menselijke maat?

‘Daar stonden de afgelopen verkiezingen natuurlijk bol van, maar ik vind dat eigenlijk een vervelend begrip. Zeventien miljoen mensen op maat bedienen, dat is een nobel streven maar in de praktijk totaal onuitvoerbaar. Wat ik zeg is: ontwikkel het beoordelingsvermogen om bij schrijnende gevallen zo’n benadering toe te kunnen passen. Stel dat je ziet dat iemand maar niet uit de schulden komt omdat die voor deze persoon té groot zijn. Scheld ze gewoon eens kwijt.’

‘Ontwikkel het boordelingsvermogen om bij schrijnende gevallen de menselijke maat te kunnen toepassen’

Dat lijkt nogal op gespannen voet te staan met het gelijkheidsbeginsel

‘Ik denk dat we in ons streven naar échte gelijkheid, gelijkwaardigheid, soms ook mogen kiezen voor een ongelijke behandeling. Bovendien, wat verlies je als overheid nu als je in een schrijnend geval coulant bent? Al die instanties die zich al jaren bemoeien met dit individu, dat kost ook een hoop geld. Nog los van het feit dat zo iemand na kwijtschelding van die schuld vaak weer volwaardig mee kan gaan draaien in de samenleving in plaats van alleen maar een “kostenpost” te zijn.’