Aanpak GHB-problematiek in Twenterand: eerst aan de slag, dan naar de tekentafel
De omgekeerde volgorde, dat kenmerkt de door het Trimbos-instituut en de gemeente Twenterand ontwikkelde methode om GHB-problematiek aan te pakken. Aan de slag, ook als er nog geen beleidsstuk onder ligt. Laura Nijkamp, onderzoeker bij het Trimbos-instituut, en Lenneke Tan, coördinator integrale drugsaanpak bij de gemeente Twenterand, zijn trots dat ‘hun’ handreiking door steeds meer gemeenten wordt opgepakt. Tan: ‘Als je je vooraf al zorgen maakt over alle stappen die je moet zetten en hoe dat dan moet, worden je schoenen loodzwaar – en ga je niet lopen.’
In 1 minuut:
|
Stigma
Dat de aanpak voor GHB-problematiek mede is ontwikkeld door de gemeente Twenterand, is geen toeval. Al in 2016 werd de gemeente benaderd door het ministerie van VWS om de problematiek nader te onderzoeken. Aanleiding was het beeld in de media dat Twenterand, net als een aantal andere gemeenten in Oost-Nederland, een ‘brandhaard’ was.
Lenneke Tan, in 2017 aangesteld als trekker van de pilot binnen de gemeente Twenterand, herinnert zich de situatie nog goed. Een ‘stigma’ noemt ze het, maar, zo vertelt ze, eigenlijk was er helemaal geen zicht op de grootte van het probleem.
Tan: ‘Na onderzoek van Lex Lemmers en Laura Nijkamp (beiden van het Trimbos-instituut, red.), bleek dat dat heel erg meeviel. Ik wil absoluut niet wegpoetsen dat er een probleem is, maar niet dusdanig veel groter dan in andere gemeenten.’
Met de billen bloot
Uiteraard wist Tan niet van tevoren dat dit de uitkomst zou zijn van het onderzoek van het Trimbos-instituut in haar gemeente. Dat maakte het extra belangrijk dat er voldoende politiek commitment was op het dossier, legt ze uit.
‘Als je het laat onderzoeken, word je met je neus op de feiten gedrukt. En als het met feiten onderbouwd is in zo’n onderzoek, dan moet je er achteraf ook wat mee. Dan kun je het niet in de la doen. Als dan blijkt dat er een probleem is, moet je als politiek met de billen bloot. Dat hebben we aangedurfd en zijn we volgens mij behoorlijk goed in geslaagd.’
Nijkamp valt haar bij: ‘Daar mogen jullie ook echt trots op zijn. Twenterand was in die zin heel bijzonder, zij durfden toe te geven dat er mogelijk een probleem was, lieten dat onderzoeken en wilden daar vervolgens op inzetten.’
In Twenterand zijn inmiddels 33 personen via de aanpak in beeld. Van deze groep hebben 6 personen al meer dan een jaar geen GHB meer gebruikt. De rest van de groep zit in een traject. Dat kan bijvoorbeeld zijn dat een traject net is opgestart of dat iemand in behandeling is.
'Als je iets laat onderzoeken, moet je daar achteraf ook iets mee. Dan moet je met de billen bloot.'
Trial and error
De manier waarop de gemeente Twenterand dit probleem aanpakt, is best bijzonder, legt Tan uit. Dat de handreiking voor gemeenten ‘Bezieling en Bereikbaarheid’ heet, is volgens haar dan ook niet voor niets. Het starten zonder dat er een beleidsstuk onder ligt, zonder target en concrete doelstellingen, dat is best spannend voor overheden.
Tan: ‘Gemeenten signaleren vaak het probleem en pakken dat dan aan de achterkant op. Wij hebben de volgorde omgedraaid. We gingen aan de voorkant aan de slag en bouwden gaandeweg methodiek op. Het is door trial and error tot stand gekomen, dat is een hele andere manier dan normaliter gebeurt binnen de gemeentemuren.’
Inspiratie voor die manier van werken, kwam uit de gemeente Etten-Leur. Ook daar lag eigenlijk geen plan onder de aanpak. Toch bouwden mensen succesvol een leven zonder GHB op.
Nijkamp: ‘In Etten-Leur werken zeer bevlogen mensen die hier 24/7 op werkten als dat zou kunnen. Maar dat kun je natuurlijk niet van iedereen vragen. In Twenterand hebben we daarom gekeken hoe we die mooie werkwijze van Etten-Leur konden vertalen naar een manier waarop je nog steeds bevlogen mensen nodig hebt, maar zonder het onmogelijke van ze te vragen.’
Het resultaat is een praktische handreiking waarin de ervaringen uit Twenterand en Etten-Leur zijn verwerkt en gemeenten handvatten krijgen om deze aanpak te implementeren. Met onder andere een checklist, tips voor het inrichten van het casusoverleg en hoe je daar middelen en mensen voor vrijspeelt.
Gammahydroxyboterzuur (GHB) is een zeer verslavende drug, waar bovendien heel lastig van af te kicken is. Al na enkele weken kan iemand verslaafd zijn aan GHB. Volgens de laatste cijfers uit 2018 gebruikten ongeveer 1 op de 300 Nederlandse volwassenen GHB ‘in het afgelopen jaar’. Dit is relatief weinig vergeleken met andere drugs. Zo gebruikten 1 op de 15 Nederlandse volwassenen in die periode cannabis, 1 op de 35 ecstasy en 1 op de 60 cocaïne. Omdat GHB lastig te doseren is, is het aantal gebruikers dat op de spoedeisende hulp belandt relatief hoog. 22% van de drugsgerelateerde incidenten in 2017 waren GHB-gerelateerd, ondanks het relatief lage aantal gebruikers in Nederland. Bron: Factsheet GHB (december 2018), Trimbos-instituut |
Klein overleg, grote impact
In veel gemeenten is de aanpak van GHB-problematiek onderdeel van de bestaande zorgstructuren. Maar dit blijkt vaak niet genoeg om mensen langdurig te helpen en te voorkomen dat ze terugvallen in hun oude patroon. Deze groep heeft vaak een complexe mix van problemen, legt Nijkamp uit.
Lange tijd kunnen ze hun verslaving maskeren, terwijl problemen zich opstapelen. Mensen zijn hun baan verloren, hebben schulden en dreigen hun woning te verliezen. Dat maakt dat een grote groep hulpverleners betrokken is op een relatief kleine groep gebruikers.
Het gevaar is om te denken dat al deze hulpverleners bij elk element van de aanpak betrokken moeten worden. In de gemeente Twenterand kiezen ze bewust voor een klein casusoverleg met daarin drie partijen: gemeente, politie en een instelling voor verslavingszorg.
Daarnaast schuiven de woningstichting en de afdeling Werk en Inkomen van de gemeente standaard ook aan. Zij komen elke drie weken bij elkaar. Tijdens het casusoverleg komen signalen op tafel en voor elke verslaafde wordt een plan op maat gemaakt. Waar nodig sluiten andere professionals aan, vanuit hun eigen expertise.
Nijkamp: ‘Samen werken aan een aanpak op alle leefgebieden is essentieel. Want als iemand de hele dag tussen vier muren zit, zonder iets te doen te hebben, dan gaat het leven zonder GHB natuurlijk niet lukken.’
'Als je de hele dag tussen vier muren zit, zonder iets te doen te hebben, dan gaat het leven zonder GHB natuurlijk niet lukken.'
Ook andere gemeenten aan de slag
Intussen zijn steeds meer gemeenten met de handreiking aan de slag. Zo wordt Tan met enige regelmaat gebeld met vragen over hoe zij het in de gemeente Twenterand doen. En in het bijzonder hoe je politiek commitment krijgt om GHB-problematiek op deze manier aan te pakken. Mede door de relatief kleine groep gebruikers ontbreekt het urgentiegevoel nog wel eens.
Dat terwijl, aldus Nijkamp, deze kleine groep door hun complexe problematiek inzet vraagt van een grote groep professionals.
In Twenterand ‘hielp’ het dat ze te maken hadden met een stigma en het ministerie hen benaderde, geeft Tan aan. ‘We hebben onze bestuurders weten te overtuigen dat het noodzakelijk was om dit te onderzoeken.’
Het maken van zo’n probleemanalyse helpt, geeft ze aan. ‘Door cijfers en feiten te verzamelen, kun je aangeven wat iemand de gemeente kost op jaarbasis. Daarmee kun je een boel onderbouwen.’
Nijkamp: ‘Je hebt ook iemand nodig zoals Lenneke, die durft door dingen heen te breken. Je moet echt die passie hebben en het er niet even naast doen.’
Beiden hopen dat meer gemeenten aan de slag gaan met de handreiking. En geven aan dat er een gemeenschap is van mensen die hiermee bezig zijn en graag helpen waar nodig. Want, stellen ze, het belangrijkste is: gewoon doen.
De handreiking ‘Bezieling en bereikbaarheid: Samen werken aan een leven zonder GHB’ is gratis te downloaden op de website van het Trimbos-instituut. Ook is er een korte video gemaakt waarin de aanpak wordt uitgelegd. Deze is te vinden via deze link. |