Jan van Ginkel gidst je door het iBestuurcongres
Wat is er technisch allemaal mogelijk? Willen we dat ook als samenleving? En hoe organiseren we het bestuur op zo’n manier dat we de snelheid van technologische ontwikkelingen kunnen bijhouden, zonder in te boeten op democratische legitimatie? Die vragen stonden centraal op het iBestuurcongres, woensdag 3 juli in Arnhem. Jan van Ginkel, loco-provinciesecretaris van Zuid-Holland, en ervaringsdeskundige als het gaat om de digitale transformatie van de overheid, neemt ons mee langs de highlights. ‘Wat ik heel fijn vind om te zien, is de enorm brede belangstelling. Er waren 900 mensen uit alle lagen van de overheid!’
In 1 minuut Overheid van Nu volgt in de rubriek Meekijken met… verschillende professionals die veel interbestuurlijk samenwerken. Om te zien wat ze bereiken, maar ook waar ze tegenaan lopen. Dat doen we aan de hand van een specifieke uitdaging. Jan van Ginkel volgen we bij de digitale transformatie van de provincie Zuid-Holland. Dit keer vergezelden wij hem tijdens het iBestuurcongres waar hij anderen inspireerde, én zelf geïnspireerd werd. |
‘Als ik er doorheen kijk, staan twee dingen centraal’, vertelt Van Ginkel. ‘Enerzijds kijken we naar de digitalisering en de digitale transformatie van de samenleving en de overheid, en ook naar de technologieën die daarbij horen. Anderzijds, en daar ben ik heel blij mee, is er veel aandacht voor de morele en ethische vraagstukken die daarbij komen kijken. Wat ik vaak zie, is dat mensen óf focussen op die technologische kant, óf op de ethisch-morele kant. Het is heel mooi dat dat hier bij elkaar komt.’
Jan van Ginkel koos op ons verzoek drie sessies uit die niet te missen waren op het congres. ‘Daarmee doe ik veel mensen onrecht natuurlijk, want ik had ze allemaal wel willen aankruisen.’
Sessie 1 – Techniek versus ethiek in de overheid als databedrijf
Deze sessie mocht je volgens Van Ginkel niet missen, omdat de sprekers – Marijn Janssen, hoogleraar ICT & Governance, en Jeroen van den Hoven, hoogleraar Ethiek en Technologie, beiden van de TU Delft – volgens hem ‘echt helemaal doorvoelen waar het over gaat.’ Centraal stonden de dilemma’s tussen technische mogelijkheden en ethische waarden.
De titel van de sessie was eigenlijk wat ongelukkig gekozen, vond Jeroen van den Hoven. ‘Er staat techniek versus ethiek, maar onze boodschap is juist dat het géén wedstrijdje is: je kunt in de toekomst ethiek niet los zien van techniek. Net zoals je techniek niet los kunt zien van de ethische aspecten.’
Gelukkig boden de twee hoogleraren ook handvatten voor hoe je die twee schijnbaar gescheiden werelden van ethiek en techniek bij elkaar kunt brengen. ‘Je moet een design turn maken’, stelt Van den Hoven. ‘Je moet kijken naar die hele bak met waarden en normen en de problemen waarmee je rekening wilt houden. En die moet je vertalen naar voorwaarden. En die voorwaarden moet je net zo lang verder specificeren, tot dat programmeurs er wat mee kunnen. Anders houd je twee gescheiden werelden die niets met elkaar te maken hebben.’
Sessie 2 – Interprovinciale Digitale Agenda: Samenwerken vanuit ambitie.
‘Dit is gloednieuw’, weet Van Ginkel over deze sessie. De gezamenlijke provincies presenteerden hier hun interprovinciale digitale agenda. ‘Wat ik heel stoer aan deze agenda vind, is dat wij nog meer benadrukken dan de digitale agenda van het Rijk doet, dat data, technologie en digitalisering geen doel op zich zijn, maar bijdragen aan de realisatie van publieke waarden.’
Maar, de digitale transformatie die de overheid moet doormaken, is een enorme opgave vertelt Van Ginkel in een andere sessie, waar hij zelf de spreker is. ‘Waar ik buikpijn van heb, is dat de disruptie die een transformatie van de sector teweegbrengt, eigenlijk altijd van buiten de sector komt. Maar dat vind ik voor de overheid geen optie. Wij zullen onszelf moeten transformeren. En dat is exponentieel moeilijk.’
Sessie 3 – Transitie naar de Digitale Samenleving
‘Wat ik mooi vind aan deze sessie, is dat Nathan Ducastel (de spreker, red.) erop wijst dat het begint met dat de samenleving digitaliseert’ vertelt Van Ginkel. ‘En dat wij ons nu moeten afvragen: Laten we ons dat overkomen? Of geven we daar – mede – richting aan als overheid?’
‘Digitalisering is overal’, stelt beleidsdirecteur informatiesamenleving bij de VNG, Ducastel. ‘Er is geen wetsvoorstel te vinden waar informatie-uitwisseling geen belangrijk onderdeel van is. En gelukkig maar.’ Maar daardoor dringt zich wel een nieuw soort vragen op.
‘Tot twee jaar geleden stonden we vooral stil bij de digitale overheid: we hadden het over voorzieningen en infrastructuur. Nu zijn er andere belangrijke vragen, zoals: in hoeverre wil de burger ontzorgd worden? In hoeverre kun je op basis van data nuttige voorspellingen doen over bijvoorbeeld het lot van patiënten?’ legt Ducastel de zaal voor. ‘Daar moeten we over praten. En dat gesprek willen mensen ook wel voeren, maar ze weten vaak niet hoe.’
Jan van Ginkel kijkt met genoegen op het congres terug. ‘Ik vond het congres rijk aan inhoud, maar wat me vooral positief trof, is hoe veelvuldig de interactie tussen de deelnemers was. Tussen de verschillende overheidslagen werden ter plekke coalities gesmeed om digitaal en moraal nauwer op elkaar te betrekken. Prachtig!’