‘De basis van goed bestuur is mededogen en empathie, en dat mis ik nu’

Ishmail Kamara vluchtte twaalf jaar geleden uit Sierra Leone. Tien jaar lang zwierf hij documentloos door Rotterdam. Ondertussen burgerde hij in met hulp van aardige stadsbewoners en ontdekte hij zichzelf als kunstenaar. Inmiddels heeft hij de Nederlandse nationaliteit, een (heel gezellig) huis en een baan als gemeenteambtenaar. ‘Ik ben voor veel dingen dankbaar, maar zie ook dat de tijd verandert. De stad met meer dan 250 nationaliteiten sluit zich af voor wat er in de buitenwereld gebeurt. De saamhorigheid dreigt te verdwijnen.’

Ishmail Kamara
Beeld: ©Roderik Rotting
Ishmail Kamara: ‘Ik ben hier in Rotterdam als het ware opnieuw geboren, een nieuw mens geworden.’

Toen Ishmail Kamara twee jaar geleden zijn verblijfsvergunning kreeg (na een asielprocedure van vier jaar), hoefde hij van het verplichte driejarige inburgeringstraject nog maar enkele onderdelen te volgen. Hij sprak op dat moment de taal vloeiend, trad op als dichter en schrijver, voetbalde bij Excelsior Maassluis en gaf lezingen, workshops en rondleidingen waarbij hij vol trots vertelde over Rotterdam als internationale migrantenstad. ‘Ik had in die jaren mijn eigen inburgeringstraject gevolgd; de gemeente kende mij niet, maar ik was al Rotterdammer.’

Dat hij niet in beeld was bij de gemeente, klopt niet helemaal, zegt hij even later. ‘Ik leefde die eerste tien jaar op straat, maar kon bijvoorbeeld wel terecht bij de Pauluskerk die ongedocumenteerde mensen helpt - de gemeente ondersteunt de Pauluskerk. En ik maakte gebruik van het door de gemeente gefinancierde vangnet dat zorgt dat daklozen zonder papieren net kunnen overleven. Zo’n bed-bad-broodregeling is een teken van beschaving. Het maakt de stad een beetje schoner en fatsoenlijker. Maar tot mijn ontzetting is de subsidie voor die regeling nu afgeschaft.’

‘Het lijkt eerlijk gezegd alsof we onze ziel aan verliezen zijn’

Opnieuw geboren

Hoe zou je nu de staat van het bestuur in Rotterdam beschrijven? ‘Laat ik vooropstellen dat ik trots ben dat ik nu voor de gemeente werk (als gastheer bij een cultureel centrum, red.). Deze stad heeft mij heel veel gegeven. Ik ben hier als het ware opnieuw geboren, een nieuw mens geworden. Dat is vooral te danken aan de gewone Rotterdammers die mij hebben geholpen. Maar de gemeente heeft ook niet in de weg gelopen, gezorgd dat er een vangnetje was en altijd gewerkt vanuit mededogen en empathie. Ik denk ook dat dat de basis van goed bestuur is: mededogen en empathie.’

‘Alleen, ik zie dat er dingen veranderen, ook bij de overheid. De gastvrijheid en de saamhorigheid, die hier altijd in het DNA hebben gezeten, begint te verdwijnen. Volgend jaar wordt het eerste migratiemuseum van Nederland in Rotterdam geopend, maar het begrip en de interesse voor wat er in de wereld om ons heen gebeurt, wordt minder. Minder vragen, meer oordelen. Je kunt vinden dat “al die migratie” moet stoppen. Maar ik vraag dan: hoe gaan we dat doen? Op een brute manier of op een menselijke manier? Het lijkt eerlijk gezegd alsof we onze ziel aan verliezen zijn.’

‘Mijn principe is: als mijn buurman niet oké is, ben ik niet oké - ook dat is voor mij democratie’

Meer dan stemrecht

Wat betekent democratie voor jou? ‘Democratie is meer dan het recht om te stemmen. In Sierra Leone heb je ook het recht om te stemmen, maar dat is op papier. In werkelijkheid is er geen vrijheid van meningsuiting en moet je niet denken dat je zomaar bezwaar kunt maken tegen de overheid. Democratie is het recht om een vreedzaam en fatsoenlijk leven op te bouwen voor iedere burger die dat wil. Daarbij is de stem van de minderheid ook belangrijk – daar moet ook rekening mee worden gehouden.’

‘Mijn principe is: als mijn buurman niet oké is, ben ik niet oké. Ook dat is voor mij democratie. Ik wil daaraan bijdragen door mijn werk als kunstenaar. Met mijn boeken en mijn optredens probeer ik mensen met verschillende achtergronden met elkaar te verbinden. Ook in mijn werk in het lokaal cultureel centrum. Soms lopen er dakloze mensen binnen, die zich dan netjes hebben aangekleed. Ik herken ze. Ik neem dan even wat extra tijd voor zo iemand.’   

Ishmail Kamara wordt ook geïnterviewd op de Dag van het Bestuur op 17 maart a.s. Je kunt daar bij zijn: https://www.dagvanhetbestuur.nl.