‘Mijn studenten worden steeds ongeduldiger - dat begrijp ik’

Wil je duurzame transities doorvoeren? Complexe vraagstukken oplossen? Probeer dat dan niet met snelle, grote stappen. Doe het stap voor stap. Katrien Termeer bepleit deze small wins-strategie al jaren. Want, weet ze, uiteindelijk bereik je sneller je doel. Op de Dag van het Bestuur bleek weer hoe relevant haar gedachtegoed is.  

Katrien Termeer
Beeld: ©Taco van der Erb
Katrien Termeer: ‘We willen snel, diepgaand en systeembreed. Maar dat kan niet allemaal tegelijk. Daarom moeten we eerst voor snel en diepgaand gaan.'

‘Mijn studenten worden steeds ongeduldiger. Het gaat ze niet snel genoeg met de grote transities. Mijn generatie doet te weinig en is te soft, vinden ze. Ik begrijp dat’, begint Katrien Termeer haar verhaal op de Dag van het Bestuur, die op 20 maart plaatsvond in een volle Stadsgehoorzaal in Leiden. Termeer is onder meer hoogleraar bestuurskunde aan Wageningen University & Research en lid van de Raad voor het Openbaar Bestuur.  

Toch denkt Termeer dat je het bij wicked problems zoals klimaat, energie, stikstof, water, jeugdzorg en asielopvang, niet moet hebben van grote stappen en machtige bewegingen. Maar juist van kleine stappen. Small wins. Kleine overwinningen.

‘Je moet small wins niet verwarren met laaghangend fruit’

Kop in het zand  

Termeer somt eerst de drie reflexen op die we – overheden en burgers - vaak hebben bij grote uitdagingen:  
- we onderschatten het probleem, 
- we overschatten het eigen kunnen,  
- we raken overweldigd en steken de kop in het zand.  

Termeer: ‘Bij de eerste reflex scheppen we verwachtingen die we niet kunnen waarmaken. Bij de tweede draaien we elkaar een rad voor de ogen - denk aan de boeren. En bij de derde reflex doen we niks.’ 

Maar er is een vierde, wenkend perspectief: met kleine, betekenisvolle stapjes verder komen. Denk, zegt ze, terug aan de eerste straat die van het gas af ging, hoe de vegetarische slager ooit begon, het verbod op gratis plastic tasjes.  

Je moet small wins niet verwarren met laaghangend fruit, vertelt Termeer. De kleine initiatieven die zij small wins noemt, lopen wel degelijk tegen veel barrières aan. Andere kenmerken: er zijn snel tastbare resultaten, ze zijn betekenisvol voor mensen en hun ambities. En het gaat om (radicaal) nieuwe praktijken, nieuwe relaties en inzichten en nieuwe waarden.  

Termeer: ‘We willen snel, diepgaand en systeembreed. Maar dat kan niet allemaal tegelijk. Daarom moeten we eerst voor snel en diepgaand gaan. Dan kan het zich daarna verspreiden en systematischer worden.’ 

Als voorbeeld noemt ze de repaircafé’s. Ooit ergens in een schuur begonnen, nu zijn er 2500 repaircafé’s wereldwijd. Daarnaast hebben ze zich verbreed. Repaircafé’s zorgen nu in zwakkere wijken voor sociale cohesie, en op mbo-scholen voor ontwikkeling. Bovendien dringen ze er bij producenten met succes op aan om repareerbare producten te maken. En lobbyen ze in de Europese Unie voor het juridische right to repair.  

‘Als je van de kelder naar de zolder moet, kun je ook beter de trap nemen dan proberen te springen’

Wat overheden kunnen doen en laten  

Het is een mooi verhaal, maar hebben we wel tijd voor small wins? Termeer stelt de vraag en dient ons cynisme (de tweede reflex) van repliek: ‘Dan zeg ik: je kunt veel sneller beginnen, je hebt minder weerstand en minder concurrentie omdat je iets radicaal anders doet. Als je van de kelder naar de zolder moet, dan is het ook slimmer om de trap te nemen dan om te proberen te springen. Uiteindelijk ben je zo sneller boven.’ 

Wat moeten overheden doen? ‘Die kunnen wetgeving afschaffen of aanpassen, subsidies verstrekken, zelf het goede voorbeeld geven, initiatieven bemoedigen of zichzelf aanbieden als sparringpartner.’  
 
Wat ze volgens Termeer niet moeten doen: initiatieven pamperen, eindeloos pilots doen, wisselend beleid voeren en langs elkaar heen werken zodat initiatieven in de kiem worden gesmoord. 
Wat overheden dan weer kan helpen, is om de initiatieven te evalueren. 

Termeer: ‘Blijf niet achter je bureau zitten en ga praten: wat is het tastbare resultaat? Waarom en voor wie is het een betekenisvolle stap? Welke omslag in denken en doen is gerealiseerd? Welke barrières zijn jullie tegengekomen en hoe hebben jullie die overwonnen? Welke interventies hebben wel en niet geholpen? Welke ideeën hebben jullie voor het verspreiden, verbreden, verdiepen? Wat is daarvoor nodig?’ 

Kortom, zegt Termeer: ‘Succesvolle transities aan de hand van small wins vergen een andere cultuur. Een cultuur van gepassioneerde nederigheid en gezagswaardig bestuur.’