Gebiedsontwikkeling Rivierzone: ‘Op zaterdagochtend, langs het hockeyveld, even bellen - dat hielp’
Van slapend havengebied naar bruisende wijk. De Rivierzone, aan de Nieuwe Maas in Vlaardingen, ondergaat de komende jaren een grote transformatie. Daar moest een gezamenlijke visie aan ten grondslag liggen - gemeente, provincie en Metropoolregio Rotterdam-Den Haag zaten de afgelopen jaren veel met elkaar om tafel, elk met een eigen belang. Hoe kwamen ze tot die gezamenlijke visie? Wat doe je als het schuurt? Wethouder Bart Bikkers van Vlaardingen en gedeputeerde Anne Koning van Zuid-Holland blikken terug: ‘Escaleren is geen negatief begrip.’
De Rivierzone bestaat uit een gebied van ongeveer 40 hectare en loopt van het oude centrum van Vlaardingen tot aan de Nieuwe Maas. Er moeten binnen tien jaar minimaal 2500 woningen en zo’n achthonderd arbeidsplekken komen. Maar ook een basisschool, vmbo en mbo op de campus, en een stadspark. En dan ook nog de nodige verbindingen om snel in Rotterdam te zijn.
Puzzel
‘Net een stad in het klein’, lacht wethouder Bart Bikkers, die de ontwikkeling van de Rivierzone in zijn portefeuille heeft. Een belangrijke stap voor de gemeente, die de visserijstad op deze manier weer wil verbinden met de rivier. Daarbij: er worden nieuwe woningen en werkgelegenheid gerealiseerd voor de mensen in Vlaardingen. Dat maakt het ook een complexe puzzel, met ruimtelijke vraagstukken die de gemeente overstijgen.
Belangen
Om er een paar te noemen: inspelen op het veranderende klimaat, het woningtekort terugdringen en tegelijkertijd zorgen voor voldoende bedrijvigheid. Vraagstukken waar gemeente, provincie en metropoolregio qua invulling anders over kunnen denken. Dat kan het lastig zijn om tot één gezamenlijke visie te komen.
Alleen gold dat niet voor de Rivierzone, waar iedereen het vrij snel eens was over hoe de kleurplaat van het gebied moest worden ingevuld. Wat heeft hen hierbij geholpen?
‘In essentie: jezelf kwetsbaar durven opstellen en eerlijk zijn over de belangen die je hebt’, vertelt gedeputeerde Anne Koning.
‘Daarnaast is het belangrijk dat je respect hebt voor het belang van de ander. Erken waar het voor jou en voor de ander om gaat. Die laag aan het gesprek toevoegen, helpt om samen tot een oplossing te komen.’
‘In essentie gaat het om jezelf kwetsbaar durven opstellen en eerlijk zijn over de belangen die je hebt’
Schuren
Toch kon het binnen de samenwerking ook schuren. Discussie ontstond bijvoorbeeld tussen provincie en gemeente na het vertrek van Unilever uit het gebied in 2019. Zou er genoeg bedrijvigheid blijven bestaan in het gebied? Een logische vraag, legt Bart uit: ‘Het bedrijf had 60 jaar lang een onderzoekscentrum in wat nu District U heet. In de hoogtijdagen herbergde het bedrijf er duizenden medewerkers. Het was jarenlang een grote werkgever voor Vlaardingen en omstreken.’
Ambities
Het onderzoekscentrum zou oorspronkelijk getransformeerd worden tot woonruimte. Met als gevolg dat een groot aantal vierkante meters aan bedrijvigheid verloren zou gaan. Dit sloot niet aan bij de ambities van de provincie, die streeft naar behoud van bedrijvigheid in de regio en een evenwichtige mix tussen woningen en werkgelegenheid. De ambtelijke lagen bij gemeente en provincie kwamen er onderling niet uit. Daarom besloot Anne om Bart zelf te bellen.
‘De provincie krijgt een steeds grotere rol bij het leggen van de ruimtelijke puzzel’
Telefoontjes
Het was zaterdagochtend. Bart stond langs het hockeyveld toen zijn telefoon ging. ‘Bart, ik merk dat er ambtelijk wat wrijving is’, klonk het. ‘Volgens mij moeten wij even met elkaar praten.’ De twee bestuurders brachten een dialoog op gang, wat maakte dat ieder zijn of haar belang kon uitspreken.
Bart: ‘Vanuit die belangen gingen we kijken hoe we afspraken konden maken om die belangen ook te realiseren.’ Daar gingen wel wat telefoontjes en mailtjes over heen en weer. Anne: ‘Logisch, het gaat bij dit soort processen niet alleen over het resultaat, maar ook over het met elkaar doordenken wat dat resultaat dan moet zijn. Dat is een onderdeel van het proces en gebeurt nooit in één gesprek.’
Escalatie
Om het schuren op te lossen, benaderden bestuurder en wethouder elkaar direct. Om het ambtelijk te verwoorden: het is geëscaleerd. Een term die Anne en Bart eigenlijk vrij negatief vinden klinken. Bart: ‘Soms moet je er als bestuurder gewoon even boven gaan staan. Elkaar opzoeken en zeggen: we lopen ergens tegenaan en we moeten samen naar een oplossing zoeken. Dat is juist niet negatief. Soms helpt dat gewoon om de volgende stap te kunnen zetten.’
Respect
‘Daarbij gaat het er ook om dat je respect hebt voor elkaars belang’, vervolgt Anne, ‘en dat je jezelf kwetsbaar durft op te stellen. Als je een ander vraagt om diens belang te delen, dan moet je ook bereid zijn om te kijken naar hoe jij kan bijdragen aan een oplossing voor diens belang. Daarvoor moet je elkaar leren kennen, elkaar vertrouwen. En niet gelijk denken dat het slaande ruzie wordt.’
Intensiever samenwerken
Bij de gebiedsontwikkeling van de Rivierzone heeft de provincie een best grote rol gehad bij de invulling van het gebied. Anne, die rol van de provincie bij soortgelijke trajecten de afgelopen jaren heeft zien veranderen, voorspelt dat deze manier van samenwerken vaker zal gaan voorkomen. ‘De provincie krijgt een steeds grotere rol bij het leggen van de ruimtelijke puzzel. Daarbij zullen we vaker en over meer onderwerpen dit intensieve gesprek gaan voeren.’
Regio-overstijgend
Ook Bart ziet dat de samenwerking tussen gemeente en provincie is geïntensiveerd. ‘Steeds meer ontwikkelingen vragen om meer dan alleen kijken naar je eigen stad. Denk aan het aanleggen van het warmtenet, infrastructuur, woningbouwplannen, klimaatadaptatie. Het zijn vaker regio-overstijgende kwesties, daarbij komt de provincie al snel aan tafel. Elkaar als bestuurders weten te vinden, elkaar direct kunnen benaderen - dat is dan ook belangrijk om samen verder te komen.'
Afgelopen najaar kende het rijk 27,2 miljoen euro toe voor de ontwikkeling en verbetering van de bereikbaarheid van de Rivierzone. De uitwerking van de plannen kan beginnen. Binnen tien jaar – is de verwachting - zal de “stad in het klein” klaar zijn. Bart en Anne nodigen iedereen uit om er tegen die tijd een kijkje te komen nemen.