Regio Deal Achterhoek: vliegwiel voor betere samenwerking met resultaat

In 2019 sloot het rijk een Regio Deal met de Achterhoek. De inzet? Opgavegericht en grensoverschrijdend samenwerken aan smart living, smart economy en smart governance. Eind dit jaar loopt de Deal ten einde. Vier Achterhoek-Boardleden vertellen hoe de Regio Deal heeft geholpen om hun visie in concrete projecten om te zetten. En ze van een ‘onaangename’ sfeer tot een florerende samenwerking kwamen. Waarbij overheden, ondernemers én maatschappelijke organisaties nu moeiteloos met elkaar samenwerken. Welke lessen over interbestuurlijk samenwerken hebben ze geleerd? ‘Het gaat allemaal om elkaar wat gunnen.’

Lentediner 2022
Beeld: ©Jerry Lampe
Lentediner 2022, met linksvoor Mirjam Koster-Wentink

Vijf geleerde lessen van de Regio Deal Achterhoek: 

1.    Zorg voor een ´echte´ triple helix met de drie O´s: overheden, ondernemers en maatschappelijke organisaties. En zorg dat ze evenwichtig zijn vertegenwoordigd in het orgaan dat de visie opstelt en de uitvoering daarvan aanstuurt – in dit geval de Achterhoek Board, waarin de betrokken gemeenten ongeveer even groot zijn en de ondernemers geen concurrenten van elkaar zijn.

2.    Geef vertrouwen en geef mandaat. De Achterhoek Board werkt met een mandaat van het Algemeen Bestuur. Juridisch ligt dat lastig, maar vertrouwen gaf de doorslag. En dat vertrouwen werd nooit beschaamd. ‘Als er een spannend besluit aankomt, informeren we elkaar goed, betrekken we elkaar. Gevoeligheden pakken we op, daar doen we iets aan.’ 

3.    Samenwerken met andere maatschappelijke bloedgroepen werkt verfrissend. ‘Je merkt dat het heel anders is als een ondernemer een voorstel behandelt dan wanneer een wethouder dat doet. [..] De nuchterheid van ondernemers vond ik echt verfrissend. Ze zijn veel directer, zitten minder vast in een politiek bepaald patroon.’
 
4.    Spreek af om elkaar dingen te gunnen. Wat houdt dat precies in? ‘Je kent elkaar, committeert aan de brede agenda en denkt aan alle belangen. Je werkt met elkaar aan het hogere doel.’ En: ‘Het is over en weer geven en nemen. Men heeft in de gaten dat samenwerking beter is dan alleen.’

5.    Financiering vanuit de Regio Deal, samen ‘eigen’ financiering vanuit de regio, werkt. De Deal maakt maximaal 50 procent van de financiering uit. Dat stimuleert goede ideeën en verantwoordelijkheid vanuit de regio. In de Achterhoek blijkt het te wemelen van betrokken mensen met goede ideeën. ‘De Regio Deal geeft dan het laatste zetje.’

Unieke constructie

De Regio Deal is een overeenkomst tussen Rijk, regio en provincie, waarin overheden samen met ondernemers, maatschappelijke organisaties en inwoners werken aan brede welvaart. Een uniek instrument dat de Achterhoek blijkt te passen als een jas, zeggen de vier Achterhoek Boardleden die we voor deze terugblik spraken.

Gedeputeerde van de Provincie Gelderland Peter van ’t Hoog: ‘We hebben hier een vrij unieke constructie afgesproken voor samenwerking. Of misschien moet ik dat ‘vrij’ maar weglaten.’ 

Dat zit zo: in de Achterhoek doen ze de besluitvorming in het geheel met de zogenaamde drie O’s: overheden, ondernemers en maatschappelijke organisaties. 

Een drie-O’s-Orgaan - de Achterhoek Board – besluit welke projecten in aanmerking komen voor de financiën van de Regio Deal. Het Algemeen Bestuur waarmee het Rijk de Regio Deal is aangegaan, heeft hen hun mandaat gegeven. Het Bestuur bestaat uit de burgemeesters van de zeven in de deal betrokken gemeenten. 

In de Board hebben ondernemers drie zetels, maatschappelijke organisaties drie zetels, de gemeenten drie, en de provincie Gelderland heeft er één. 

De afgevaardigden vanuit de gemeente worden benoemd door de Achterhoek Raad, het controlerende orgaan achter de Board. De Achterhoek Raad bestaat op dit moment uit 51 leden; hierin zijn alle fracties van de zeven gemeenteraden vertegenwoordigd. De grootte van elke fractie bepaalt de mate van invloed; daaraan wordt een meet- en weegfactor gehangen, dat is belangrijk wanneer er beslissingen worden genomen. 
Voor dit artikel spraken we met vier van de elf Boardleden: Peter van ’t Hoog (provincie Gelderland), Koen Knufing (DGA Marku Bouw en voorzitter VNO-NCW Achterhoek), Mirjam Koster-Wentink (voorzitter College van Bestuur Graafschap College) en Mark Boumans (burgemeester van Doetinchem). 

Mark Boumans
Peter van ’t Hoog, gedeputeerde van de provincie Gelderland, en Mark Boumans ondertekenen de Regio Deal in 2019.

‘Eigenlijk is het één groot gentlemen’s agreement. Het is een samenwerking die juridisch gezien lastig is, maar die wij mogelijk maken met elkaar’ (Mark Boumans, burgemeester Doetinchem)

Mark Boumans werd in 2017 burgemeester van Doetinchem en in diezelfde maand werd hij ook voorzitter van de regio Achterhoek.

Hij was blij met het voorzitterschap, want een reden voor hem, om als Noord-Nederlander naar Doetinchem te komen, was de centrale rol van de stad in de Achterhoek. Toch kwam hij er al snel achter dat hij een ‘iets te rooskleurig beeld’ had over de samenwerking in de Achterhoek. 

Boumans herinnert het zich nog goed: ‘Na een maand bleek al dat er ontzettend veel discussie was over hoe nu verder met regionale samenwerking. Er was een bureau bijgehaald - dat had verschillende scenario’s gemaakt, maar nergens was een meerderheid voor. Iedereen wilde wat anders.’ 

Gentlemen’s agreement

Nog voor de zomer kaartte Boumans de onenigheid aan. Hij vroeg of hij als buitenstaander en nieuweling met een voorstel mocht komen waar voldoende draagvlak voor zou zijn. Zo gezegd, zo gedaan. Boumans kwam met een voorstel met ‘echte’ triple helix-sturing (met ‘triple helix’ wordt verwezen naar de samenwerking tussen overheden, ondernemers en maatschappelijke organisaties/kennisinstellingen, red.). En een visie die gezamenlijk werd geformuleerd, door de drie O’s. 

Boumans: ‘Eigenlijk is het één groot gentlemen’s agreement. Het is een samenwerking die juridisch lastig is, maar die wij mogelijk maken met elkaar. Dat is best spannend. Maar we brengen het nu al vier jaar in de praktijk, zijn er altijd zorgvuldig mee omgegaan en het heeft nooit tegen ons gewerkt. Een groot compliment aan iedereen die erbij betrokken is, is dat we het grote vertrouwen in elkaar niet hebben beschaamd. Dan kom je tot resultaten. Nu mag er weer gebouwd worden in de Achterhoek.’

Mirjam Koster-Wentink, Achterhoek Boardlid van het eerste uur: ‘Ik realiseer me eigenlijk nu pas hoe uniek het is, wat wij gewoon vinden.’

‘Dat we alle opgaven over de as heen oppakken, dat we altijd blijven praten, dat we blijven puzzelen. Dat zijn we gewoon gaan vinden. Hoe we elkaar wat gunnen, en dus de regio, dat is enorm gegroeid.’ 

‘Bij sommige regio’s kwam het geld van de Regio Deal binnen en moesten de ideeën nog worden bedacht; bij ons was het andersom - de grote lijnen waren er allemaal al’ (Mirjam Koster -Wentink, Graafschap College)

Katalysator

In het floreren van de triple helix-samenwerking speelde de Regio Deal Achterhoek een belangrijke rol. De nieuwe samenwerking ging van start in 2018, de Deal werd toegekend in 2019.

Koen Knufing en Koster-Wentink spreken allebei van een vliegwiel, Boumans en Van ’t Hoog van een katalysator. 

Boumans: ‘De Regio Deal kwam precies op het moment dat wij een nieuwe start maakten. Het heeft daarnaast rijk en regio dichter bij elkaar gebracht en heel erg geholpen om innovatie aan te jagen en krimp tegen te houden.’

Knufing voegt toe: ‘De Regio Deal heeft echt als vliegwiel gediend om heel snel concreet met onze visie aan de slag te kunnen. Zonder die deal waren onze successen lang niet zo groot geweest en hadden we nooit zo intensief samengewerkt.’

Koster-Wentink: ‘Het is echt een vliegwiel, alles gaat sneller. Bij sommige regio’s kwam het geld van de Regio Deal binnen en moesten ideeën worden bedacht. Bij ons was het precies andersom: de grote lijnen waren er allemaal al.’

Overleg tussen rijk en regio bij het Grensland College
Beeld: ©Eva Folkerts
Overleg tussen rijk en regio 'in de klas' bij het Grensland College.

Concrete resultaten

Als concreet resultaat wordt het Grensland College vaak genoemd. ‘Dat was zonder Regio Deal echt niet van de grond gekomen’, aldus Boumans. 

Het Saxion, de HAN en het Graafschap College hebben daar de handen ineengeslagen om opleidingen in deeltijd te creëren op niveau 5 (Associate Degree) voor mensen in het bedrijfsleven. In de Achterhoek zijn geen hogescholen, met uitzondering van de Iselinge Hogeschool, die onder andere de pabo-opleiding verzorgt. Maar bedrijven hadden wel behoefte aan een extra opleiding voor medewerkers om hun niveau te verhogen. 

Koster-Wentink vult aan: ‘Het idee was er al veel langer, maar er was veel discussie over de samenwerkingsvorm, moest het een instituut of stichting worden? Een financiële basis als startpunt geeft comfort om snel in te stappen. Dan gaat het van concept naar concreet.’

Knufing is ook tevreden over de stappen die zijn gezet om de regio bereikbaarder te maken: ‘Dat was een van de doelen uit onze visie. We zijn aan de slag gegaan met deelfietsen, deelvoertuigen, een buurtbus en apps. Het bedrijfsleven heeft daar flink in geïnvesteerd. Maar we hadden er ook veel aan. Eerder konden we bijvoorbeeld slecht aan stagiaires komen, omdat onze bedrijfsterreinen slecht bereikbaar waren.’ 

Boumans: ‘Allerlei initiatieven op het gebied van circulaire landbouw zijn opgezet. Met betrekking tot de stikstofuitstoot zijn we in de Achterhoek al langer in gesprek en experimenteren veel boeren hier met nieuwe perspectieven.’ 

‘We hebben de middelen van de Regio Deal echt in de breedte ingezet: we hebben zowel grote als kleine projecten ondersteund, van een paar duizend euro, tot een paar ton. Dat levert niet alleen winst op voor onze regio, maar draagt bij aan heel Nederland.’

Scorekaart

Hoe wordt het geld van de Regio Deal verdeeld? De zes thematafels doen voorstellen voor projecten aan de Board, met behulp van een scorekaart.

De thematafels, die ook zijn samengesteld met de drie O’s, zijn ontleend aan de Achterhoek-agenda: Smart werken & Innovatie, Onderwijs & Arbeidsmarkt, Mobiliteit & Bereikbaarheid, Circulaire Economie & Energietransitie, Wonen & Vastgoed en De Gezondste Regio. 

De scorekaart helpt om samenhang tussen alle projecten te waarborgen, want daarvoor worden punten gescoord. 

Het maximaal aantal te behalen punten is 40, maar er zijn minstens 30 punten nodig voor een voorstel wordt doorgestuurd naar de Board. ‘Naarmate een idee integraler, vernieuwender, effectiever is, krijgt het meer punten’, legt Van ’t Hoog uit. 

De Board beoordeelt voorstellen aan de hand van de opgestelde agenda: draagt het project daaraan bij? En is de vraag naar de financiën in verhouding met de opbrengst voor de regio? Tenslotte wordt er gelet op integraliteit: ziet de Board die voldoende terug in het voorstel? 

Van ’t Hoog: ‘In de Board zien we over het algemeen goede voorstellen. Ideeën die aardig zijn, maar niet effectief, halen de Board niet. Wat dat betreft fungeren de thematafels als een zeef. Er wordt weinig afgewezen, soms komt het wel voor dat een voorstel pas bij de tweede of derde keer wordt goedgekeurd.’

Vergadering Achterhoek Raad
Beeld: ©Achterhoek ambassadeurs
Vergadering van de Achterhoek Raad, met centraal vooraan Koen Knufing en daarnaast Mirjam Koster-Wentink.

‘De overheid wordt gemakkelijk dominant. Daartegenover vond ik de nuchterheid van ondernemers echt verfrissend. Ze zijn veel directer, zitten minder vast in een politiek bepaald patroon. Het is goed om die mix zo te hebben, je vult elkaar aan’ (Peter van ’t Hoog, provincie Gelderland)

Geleerde lessen persoonlijk vakmanschap

Wat heeft provinciebestuurder Van ’t Hoog geleerd van de samenwerking met de Achterhoek Board? 

‘Wat betreft persoonlijk vakmanschap heb ik ingezien dat je vaak in je eigen wereldje werkt volgens je eigen gewoontes en taal. Deze samenstelling was best een eyeopener. Je merkt dat het heel anders is als een ondernemer een voorstel behandelt dan wanneer een wethouder dat doet.’ 

‘Zo hadden we een keer een discussie over een infraproject waarbij de woordvoering werd gedaan door een ondernemer. De inhoudelijke focus bleef aanwezig. En dat was prettig, anders krijg je heel snel die politisering - dan heb je de neiging om in te gaan op de mensen van verschillende partijen: op ieders belangen. Hierbij was dat helemaal niet zo, de inhoud bleef voorop staan.’

‘De overheid wordt gemakkelijk dominant. De nuchterheid van ondernemers vond ik echt verfrissend. Ze zijn veel directer, zitten minder vast in een politiek bepaald patroon. Het is goed om die mix zo te hebben, je vult elkaar aan.’

Knufing herkent dat als ondernemer: ‘Ondernemers en maatschappelijke organisaties kunnen alles zeggen. Een voorbeeld: vorige maand hadden we het over een bepaald onderwerp, waarvan ik vond dat we er al te lang over praatten. Toen zei de wethouder: ik kan het hier niet over hebben. Toen zeiden wij als ondernemers: misschien moeten wij het dan aankaarten.’

‘Het kennisniveau van wethouders is heel hoog. Het zijn echt dossiertijgers - daar heb ik enorm respect voor gekregen’ (Koen Knufing, DGA Marku Bouw en voorzitter VNO-NCW Achterhoek)

Leren van overheden

Tegelijkertijd leert Knufing ook van de overheden. ‘Wat mij is opgevallen: het kennisniveau van wethouders is heel hoog. Het zijn echt dossiertijgers - daar heb ik enorm respect voor gekregen. Als ondernemer doe je het erbij. Dat is enorm prettig voor de samenwerking. Wij konden bij hen altijd voor vragen terecht. In het verleden had ik weleens dat ik besluiten van bestuur niet begreep. Nu zie ik dat dat door mijn eigen kennisachterstand komt.’

Koster-Wentink leerde van Van ’t Hoog over bestuurlijke raadsvergaderingen. ‘Ik heb veel van hem geleerd over bijvoorbeeld de bijeenkomsten met de Achterhoek Raad. Sommige dingen raken mij in het hart. Dan legde Peter het politieke spel uit, dat iemand over een bepaald onderwerp dan even een punt moet maken. Het is heel nuttig nu die politieke samenwerking meer te kennen.’

Geleerde lessen op organisatieniveau

Hebben de organisaties van de verschillende Boardleden ook geleerde lessen overgehouden aan de samenwerking? 

De provincie heeft ‘zeker’ geleerd van de manier van organiseren in de Achterhoek. Ook bij andere Gelderse initiatieven is de Provincie bezig met drie O’s. ‘Soms wel met vier of vijf O’s. ‘Als Gelderland hebben we daar een ontwikkeling in doorgemaakt’, aldus Van ‘t Hoog. 

Wordt deze vorm van een Board en een Raad nu op meer plekken in Gelderland geïmplementeerd? Van ’t Hoog: ‘In de Achterhoek past dit model, dat zo ver gaat in de samenwerking, heel goed. De zeven gemeenten zijn ongeveer even groot en er speelt geen spanning tussen een grote stad en de ommelanden. Er is ook geen dominantie van één of enkele bedrijven. En de bedrijven die er zijn, zijn geen grote concurrenten van elkaar.’ 

Van ’t Hoog vat samen dat het goed is om van elkaar te leren, maar dat je een model wel in de context moet zien. ‘Als Gelderland kopiëren we dit niet zomaar, maar kijken we wel welke elementen we verder in de regio kunnen overnemen.’

Spanning en vertrouwen

En de democratische legitimiteit, was dat nog een issue? 

Van ’t Hoog: ‘Het was voor ons als provincie spannend om onderdeel uit te maken van de Board. Je geeft hen het mandaat om beslissingen te nemen. Wat gebeurt er als de Board een andere opvatting heeft dan de provincie? Voor Gelderland was dat nieuw.’ 

‘We hebben daarin wel geleerd meer vertrouwen te hebben. Eerst stond onze zak met geld in Arnhem. Als de Board een project had goedgekeurd, moesten ze daarna nog een subsidieaanvraag doen in Arnhem. Zo’n besluit kostte zes tot acht weken. Toen hebben we toch besloten om de zak geld in Doetinchem neer te zetten, omdat de provincie zowel in de Board zit als aan de thematafels. Zo hebben we er veel administratieve last en doorlooptijd afgehaald.’

Boumans herkent die spanning. Voor hem gaat dat erover dat de Achterhoek Board een mandaat van het Algemeen Bestuur krijgt. Juridisch mag dat eigenlijk niet, maar op basis van vertrouwen is dat zo afgesproken. ´In de afgelopen vijf jaar is het nergens op geknald. Natuurlijk heeft het Bestuur weleens gedacht; goh, dat had ik anders gedaan. Of dachten ze: ik tel even tot tien.’

Hoe kan het dat het nooit is geknald? Boumans: ‘De Board beslist over de inzet van het Regio Deal-geld. Daar zit weleens iets bij waarvan niet iedereen blij wordt, en dan doen we het toch.’

Als er een spannend besluit aankomt, informeren we elkaar goed, betrekken we elkaar. Gevoeligheden pakken we op, daar doen we iets aan.’

Waar zit zo’n gevoeligheid? ‘Soms gaat het om een grote overheidsbijdrage, of dat er te veel geld naar een bepaalde gemeente gaat.’ Toch hebben ze ook daar iets op bedacht in de Achterhoek: ‘We hebben met elkaar de afspraak gemaakt dat we blij zijn voor elkaar.’

Stefan Groothuis en Bennie Jolink bij de onthulling van de Achterhoekse vlag tijdens festival Zwarte Cross
Beeld: ©ANP / KIPPA / Vincent Jannink
Onthulling van de Achterhoekse vlag tijdens festival Zwarte Cross.

Multiplier van 4

Boumans: ‘We hebben een goed gevoel overgehouden aan de Regio Deal. De samenwerking tussen rijk en regio is erdoor versterkt en ook de samenwerking binnen de regio zelf. Het heeft tot veel regionale investering geleid.’

Ook Van ’t Hoog is daar trots op: ‘De financiering vanuit de Regio Deal moet altijd samengaan met een redelijke cofinanciering. Er is afgesproken dat de Deal altijd maximaal 50 procent van de financiering uitmaakt.’

In de Achterhoek werkt dat goed, volgens Van ’t Hoog, omdat er veel betrokken mensen zijn in de regio met goede ideeën. ‘De Regio Deal geeft dan het laatste zetje.’

En dat is terug te zien in de resultaten. ‘Er is berekend dat we een multiplier van vier hebben bereikt’, vertelt Van ’t Hoog ‘Eén euro rijksgeld leidt tot een investering van drie euro uit de regio. Dat vind ik echt een mooi resultaat.’

Tegelijkertijd is het überhaupt best een uitdaging om tijdens de vierjarige looptijd van de Deal al het geld uit te kunnen geven. Koster-Wentink, die ook betrokken is bij de Achterhoek Monitor, geïnitieerd door de regio zelf, vertelt trots: ’92 procent van de Regio Deal-projecten is al in uitvoering, we lopen qua planning heel goed in de pas.’ 

‘De afgelopen paar jaar zijn we echt een regio geworden. Hiervoor had alleen Friesland een eigen vlag. Nu zie je hier ook de Achterhoekvlag veel - dat laat een stukje trots zien. Eerder was de regio meer een werktitel voor een gebied, zoals de Veluwe. Nu zijn we echt eensgezind’ (Koen Knufing, DGA Marku Bouw en voorzitter VNO-NCW Achterhoek)

Elkaar dingen gunnen

Knufing geeft toe dat het soms nog wel zoeken is, bijvoorbeeld in de samenwerking met de Achterhoek Raad. ‘De Board schuurt met democratische legitimiteit. Dat is voor raadsleden soms lastig (die als Achterhoek Raad de Board controleren, red.). Misschien hebben raadsleden wat wij als ondernemers eerst ervoeren: dat je je niet helemaal eigenaar voelt.’ 

‘Dan is het belangrijk om onszelf een spiegel voor te houden: hoe kunnen we raadsleden meer betrekken? Dan stuit je alleen wel op tijdsgebrek: waar halen zij de tijd vandaan? Het is namelijk allemaal vrijwilligerswerk.’

Knufing ziet wel de vruchtbare resultaten van de intensievere samenwerking met en tussen gemeenten. ‘Die halen er véél meer uit. Denk aan de woningbouwplannen: binnen no time zaten ze op één lijn over de aantallen woningen en locaties, ook omdat de provincie er direct bij betrokken is.’

‘Er is veel sneller draagvlak. Het is over en weer geven en nemen. Men heeft in de gaten dat samenwerking beter is dan alleen. Daarom zetten we steeds vaker het gemeenschappelijk belang voorop.’

Volgens Koster-Wentink heeft dat ook te maken met elkaar dingen gunnen. Wat houdt dat precies in? ‘Je kent elkaar, committeert aan de brede agenda, en denken aan alle belangen. Je werkt met elkaar aan het hogere doel.’

Achterhoekse trots

Misschien nóg belangrijker dan de geleerde lessen en concrete projecten vinden de vier Boardleden een ander resultaat, dat ze alle vier benoemen. 

Trots. 

Koster-Wentink: ‘Door de hele samenwerking ben ik nog trotser geworden op de Achterhoek. Van nature zijn we een bescheiden regio, nu zijn we explicieter in die trots. Dat helpt ons echt verder.’

Van ’t Hoog: ‘Ik denk dat de Achterhoek zich meer bewust is van wat ze zelf is en wat zij te bieden heeft aan de rest van Nederland.’

‘In de Achterhoek zie je de Achterhoekvlag veel. Dat toont zelfbewustzijn en betrokkenheid, die ik heel mooi vind. Het staat ook voor trots en brede welvaart. Dat is absoluut ondersteund door de Regio Deal. Dat was de katalysator.’

Boumans: ‘Vijf jaar geleden was de sfeer niet optimaal. Nu zijn we zo aan elkaar verknocht. De Regio Deal heeft echt iets positiefs gebracht op alle niveaus van samenwerking.’

Knufing: ‘In de afgelopen paar jaar zijn we echt een regio geworden. Hiervoor had alleen Friesland een eigen vlag. Dat laat een stukje trots zien. Eerder was de regio meer een werktitel voor een gebied, zoals de Veluwe. Nu zijn we echt eensgezind.’

De Boardleden hopen op een nieuwe Regio Deal. Geheel op z’n Achterhoeks is een herijkte visie al in de maak, compleet met een doelenboom: opgaven met visies, een ambitie, doelen en streefwaarden. Nu dat geld nog. Dan komt, weten ze, die uitvoering vanzelf.